Telwin INVERPULSE 425 MIG TIG MMA - Инструкция по эксплуатации - Страница 52

Сварочное оборудование Telwin INVERPULSE 425 MIG TIG MMA - инструкция пользователя по применению, эксплуатации и установке на русском языке. Мы надеемся, она поможет вам решить возникшие у вас вопросы при эксплуатации техники.

Если остались вопросы, задайте их в комментариях после инструкции.

"Загружаем инструкцию", означает, что нужно подождать пока файл загрузится и можно будет его читать онлайн. Некоторые инструкции очень большие и время их появления зависит от вашей скорости интернета.
Страница:
/ 180
Загружаем инструкцию
background image

- 52 -

-   De  stekker  in  het  stopcontact  steken,  de  lasmachine  aanschakelen,    de  drukknop 

toorts of de drukknop voorwaartse beweging draad op het bedieningspaneel (indien 

aanwezig)  indrukken en wachten tot het uiteinde van de draad, nadat hij heel het 

omhulsel  van  de  draadgeleider  doorlopen  heeft  10-15cm  uit  het  voorste  gedelete 

van de toorts steekt, de drukknop loslaten.

OPGELET!  Tijdens  deze  operaties  is  de  draad  onder  elektrische 

spanning onderworpen aan mechanische inspanningen;  indien men 

niet de geschikte voorzorgsmaatregelen treft, kan dit leiden tot gevaar 

voor elektroshock, kwetsingen en ontstaan van elektrische bogen.

 

 

-   Het mondstuk van de toorts niet tegen lichaamsdelen richten.

-   De toorts niet naar de gasfles brengen. 

-   Het contactbuisje en de sproeier terug op de toorts monteren 

(4b)

.  

-   Verifiëren of de voorwaartse beweging van de draad regelmatig verloopt;  de druk 

van  de  rollen  en  de  afremming  van  de  haspel    ijken  op  de  mogelijke  minimum 

waarden  en  hierbij  verifiëren  of  de  draad  niet  glijdt  in  de  uitholling  en  of  op  het 

ogenblik  van  de  stilstand  van  de  tractie  de  draadwikkelingen  niet  los  geraken 

wegens een excessieve inertie van de spoel. 

-   Het uiteinde van de uit de sproeier komende draad op 10-15mm afknippen.

-   De ruimte haspel sluiten.

5.7  VERVANGING VAN HET OMHULSEL DRAADGELEIDER IN DE TOORTS (FIG. 

L)

Voordat men overgaat tot de vervanging van het omhulsel, moet men de kabel van de 

toorts uitstrekken en hierbij vermijden  dat deze bochten maakt.  

5.7.1 Spiraalvormig omhulsel voor stalen draden 

1-   De sproeier en het contactbuisje van het kopstuk van de toorts losdraaien.

2-   De  moer  omhulselblokkering  van  de  centrale  connector  losdraaien    en  het 

bestaande omhulsel wegnemen.

3-   Het nieuw omhulsel in de leiding van de kabel-toorts steken  en zachtjes duwen 

tot ze uit het kopstuk van de toorts komt. 

4-   De moer omhulselblokkering met de hand terug vastdraaien.

5-   Het teveel aan omhulsel juist afsnijden en het hierbij lichtjes samendrukken; terug 

wegnemen uit de kabel-toorts. 

6-   De  zone  van  het  afsnijden  van  het  omhulsel  afronden  en  terug  invoeren  in  de 

leiding van de  kabel-toorts.

7-  Vervolgens de moer terug vastdraaien en vastzetten met een sleutel.

8-  Het contactbuisje en de sproeier terug monteren.

5.7.2 Omhulsel in synthetisch materiaal voor aluminium draden

De  operaties 

1,  2,  3 

uitvoeren  zoals  aangeduid  wordt  voor  het  omhulsel  voor  stalen 

draden (

4, 5, 6, 7, 8 

niet in acht nemen).

9-  Het contactbuisje voor aluminium terug vastdraaien en hierbij verifiëren  of het in 

contact komt met het omhulsel.

10-  Op  het  tegenovergesteld  uiteinde  van  het  omhulsel  (kant  aansluiting  toorts)  de 

koperen  nipple,  de  OR-ring  invoeren  en  hierbij  het  omhulsel  lichtjes  gedrukt 

houden, de moer omhulselblokkering vastdraaien. Het stuk van het omhulsel dat 

teveel is, zal vervolgens in de juiste mate verwijderd worden (zie (13)).

 

Uit  de  aansluiting  toorts  van  de  draadtrekker  de  vertakte  buis  voor  omhulsels 

stalen draden uittrekken.

11-  DE VERTAKTE BUIS IS NIET VOORZIEN voor omhulsels aluminium draden met 

diameter  1,6-2,4mm  (gele  kleur);  het  omhulsel  zal  dus  ingevoerd  worden  in  de 

aansluiting toorts zonder deze. 

 

De  vertakte  buis  afsnijden  voor  omhulsels  aluminium  draden  met  diameter 

1-1,2mm (rode kleur) op een maat onder de 2mm circa in vergelijking met die van 

de buis stalen draden, en invoeren op het vrije uiteinde  van het omhulsel.

12-  De  toorts  invoeren  en  blokkeren  in  de  aansluiting  van  de  draadtrekker;  het 

omhulsel markeren op 1-2mm afstand van de rollen; de toorts terug uittrekken.

13-  Het  omhulsel  afsnijden  op  de  voorziene  maat,  zonder  de  ingangsopening  te 

vervormen. De toorts terug monteren in de aansluiting van de draadtrekker en de 

gassproeier monteren. 

6. LASOPERATIE: BESCHRIJVING VAN DE PROCEDURE

6.1 MIG-MAG-LASSEN

6.1.1  MODALITEIT VAN TRANSFER SHORT ARC (KORTE BOOG)

Het  smelten  van  de  draad  en  het  loskomen  van  de  druppel  is  het  resultaat  van 

opeenvolgende  kortsluitingen  van  de  draadpunt  in  het  smeltbad  (tot  200  maal  per 

seconde).

Koolstofstaal en gelegeerde staalsoorten 

-  Bruikbare draaddiameters: 

0,6-1,2mm 

-  Lasstroomgamma: 

40-210A

-  Boogspanningsgamma: 

14-23V

-  Bruikbaar gas: 

CO

2

 en mengsel Ar/CO

2

 , Ar/CO

/O

2

Roestvrije stalen

-  Bruikbare draaddiameters:  

0,8-1mm

-  Lasstroomgamma:   

40-160A

-   Boogspanningsgamma: 

14-20V

-   Bruikbaar gas:  

mengsel Ar/O

2

 ,  Ar/CO

2

 (1-2%)

Aluminium en legeringen

-   Bruikbare draaddiameters:   

0,8-1,6mm

-   Lasstroomgamma:  

75-160A

-   Boogspanningsgamma:  

16-22V

-   Bruikbaar gas: 

Ar 99,9%

Typisch moet het contactbuisje gelijk liggen met de sproeier of er lichtjes uitsteken met 

de fijnste draden en lagere boogspanningen; de vrije lengte van de draad (stick-out) 

zal normaal liggen tussen 5 en 12mm.

In MANUEEL (“PRG 0”) de waarde van de reactantie aanpassen:

- 20%-60% met draden diameter 0,8-1mm koolstofstaal. 

- 50%-80% met draden diameter 1,2-1,6mm koolstofstaal.

- 60%-80% met inox en aluminium draden.

Toepassing: 

Lassen  in  elke  stand,  op  dunne  dikten  of  voor  een  eerste  operatie 

binnen  afrondingen  bevorderd  door  de  beperkte  thermische  bijdrage    en  het  goed 

controleerbaar bad.

Opmerking:

 De transfer SHORT ARC voor het lassen van aluminium en legeringen 

moet  nauwkeurig  worden  toegepast  (vooral  met  draden  met  een  diameter  >1mm) 

omdat er zich hierbij het risico van defecten van smelting kan voordoen.

6.1.2  MODALITEIT VAN TRANSFER SPRAY ARC (SPRAY BOOG)

Het smelten van de draad vindt plaats onder hogere spanningen ten opzichte van de 

“short arc”; de draadpunt komt niet meer met het smeltbad in contact; vanaf de punt 

van  het  draad  begint  de  boog  waar  de  metaaldruppels,  die  afkomstig  zijn  van  het 

constante smelten van de draadelektrode, doorheen gaan, zonder kortsluiting dus.

Koolstofstaal en gelegeerde staalsoorten 

-  Bruikbare draaddiameters: 

 

0,8-1,6mm

-   Lasstroomgamma: 

 

180-450A

-   Boogspanningsgamma: 

 

24-40V

-   Bruikbaar gas:  

 

mengsel Ar/CO

2

 , Ar/CO

/O

2

Roestvrije stalen

-   Bruikbare draaddiameters: 

 

1-1,6mm

-   Lasstroomgamma:  

 

140-390A

-   Boogspanningsgamma:  

 

22- 32V

-   Bruikbaar gas:  

 

mengsel Ar/O

2

 , Ar/CO

2

 (1-2%)

Aluminium en legeringen

-   Bruikbare draaddiameters: 

 

0,8-1,6mm

-   Lasstroomgamma:  

 

120-360A

-   Boogspanningsgamma:  

 

24-30V

-   Bruikbaar gas:  

 

Ar 99,9%

Typisch moet het contactbuisje zich aan de binnenkant van de sproeier van 5-10mm 

bevinden, des te groter naarmate de boogspanning hoger ligt; de vrije lengte van de 

draad (stick-out) zal normaal liggen tussen 10 en 20mm.

In  MODALITEIT  MANUEEL  (“PRG  0”),  eens  dat  de  parameters  snelheid  draad  en 

spanning  boog  correct  geselecteerd  zijn  (d.w.z.  met  compatibele  waarden)  is  de  te 

selecteren waarde van reactantie onverschillig.

Toepassing:

  Horizontaal  lassen  met  dikten  niet  lager  dan  3-4mm  (heel  vloeibaar 

bad);  de  snelheid  van  uitvoering  en  het  gehalte  van  afzet  liggen  heel  hoog  (hoge 

thermische bijdrage). 

6.1.3 MODALITEIT VAN TRANSFER PULSE ARC (GEPULSEERDE BOOG)

Het  betreft  een  “gecontroleerde”  transfer  geplaatst  in  de  zone  van  werking  “spray-

arc”  (gewijzigde  spray-arc)  en  bezit  dus  de  voordelen  van  snelheid  van  smelting  en 

afwezigheid van projecties en breidt zich uit tot aanzienlijk lage waarden van stroom 

zodanig dat ook vele typische toepassingen  van de  “short-arc” kunnen gerealiseerd 

worden.

Met  elke  stroomimpuls  stemt  de  afscheiding  van  een  afzonderlijke  druppel  van  de 

elektrodendraad  overeen;  het  fenomeen  gebeurt  met  een  frequentie  proportioneel 

met de snelheid van voorwaartse beweging van de draad met een variatie gekoppeld 

aan  het  type  en  de  diameter  van  de  draad  zelf  (typische  waarden  van  frequentie: 

30-300Hz).

Koolstofstaal en gelegeerde staalsoorten 

-  Bruikbare draaddiameters: 

0,8-1,6mm 

-  Lasstroomgamma: 

60-360A

-  Boogspanningsgamma: 

18-32V

-  Bruikbaar gas: 

 mengsel Ar/CO

2

 , Ar/CO

/O

(CO

max 20%)

Roestvrije stalen

-  Bruikbare draaddiameters:  

0,8-1,2mm

-  Lasstroomgamma:   

50-230A

-   Boogspanningsgamma: 

17-26V

-   Bruikbaar gas:  

mengsel Ar/O

2

 ,  Ar/CO

2

 (1-2%)

Aluminium en legeringen

-   Bruikbare draaddiameters:  

0,8-1,6mm

-   Lasstroomgamma:  

40-320A

-   Boogspanningsgamma:  

17-28V

-   Bruikbaar gas: 

Ar 99,9%

Typisch moet het  contactbuisje zich aan de binnenkant van de sproeier van 5-10mm 

bevinden, hoe hoger de boogspanning is, zal de vrije lengte van de draad (stick-out) 

normaal tussen 10 en 20mm liggen.

Toepassing

: lassen in “stand” op gemiddeld-lage diktes en op thermisch overgevoelige 

materialen, 

bijzonder  geschikt  voor  het  lassen  op  lichte  legeringen  (aluminium 

en zijn legeringen) ook op diktes onder de 3mm

.

6.1.4  REGELING VAN DE PARAMETERS IN MIG-MAG-LASSEN

6.1.4.1 Beschermend gas

Het vermogen van het beschermend gas moet zijn:

short arc:

 8-14 l/min

spray arc en pulse arc:

 12-20 l/min

in functie van de intensiteit van de lasstroom en van de diameter van de sproeier

6.1.4.2  Lasstroom

De  regeling  van  de  lasstroom  wordt  uitgevoerd  door  de  operator  die  aan  de 

knop encoder moet draaien  (FIG. D (14)). Met de selectie SPRAY/SHORT ARC, 

stemt  aan  elke  rotatie  van  de  knop  encoder  (14)  de  regeling  overeen  van  de 

snelheid  van  de  draad  (m/minuut),  gevisualiseerd  op  het  display  (16);  tijdens  

het  lassen,  verandert  het  display  automatisch  naar  de  waarde  van  de  reële 

stroom (ampère). 

Met de selectie PULSE ARC o 

PULSE ARC PULSE-ON-PULSE

 stemt bij elke rotatie 

van de knop van de encoder 

(14)

 de regeling van de lasstroom overeen, gevisualiseerd 

op het display 

(16)

; tijdens het lassen, schakelt het display  automatisch over naar de 

reële laswaarde.

In beide modaliteiten is het mogelijk met een druk op de toets (17) over te gaan naar 

de  regeling  van  de  dikte  in  mm  (LED  (16b)  brandt)  met  encoder(14).  De  machine 

berekent  automatisch  de  nodige  stroom  voor  het  lassen  van  deze  dikte.  Ook  in  dit 

geval  schakelt  het  display  over  naar  de  reële  stroomwaarde  (ampère)  tijdens  het 

lassen.

Men  moet  hierbij  opmerken  dat  in  alle  synergetische  programma’s  de  instelbare 

minimum en maximum waarden (m/minuut, ampère of dikte in mm) diegene zijn die 

fabrieksaf geprogrammeerd zijn en niet door de gebruiker kunnen gewijzigd worden. 

Indicatieve  waarden  van  de  stroom  met  de  meest  gebruikte  draden    worden 

geïllustreerd in de Tabel (

TAB. 4

).

6.1.4.3 Boogspanning en Vernauwing van de boog (pinch-off)

In  de  synergetische  programma’s  MIG-MAG  pulse-arc  en  pulse-on-pulse 

(10d)

 

bepalen deze twee parameters de afmeting van de boog 

tijdens het lassen

De  boogspanning  duidt  de  afstand  van  de  draad  tot  aan  het  stuk  aan,  de 

beoordelingsmarge van de operator is beperkt tot de eenvoudige correctie van  -5% 

tot +5% van de voorbepaalde waarde van spanning in ieder programma, om eventueel 

de  effectieve  booglengte  te  kunnen  aanpassen  aan  specifieke  vereisten.  Hoe  hoger 

de waarde en hoe groter de afstand van de draad tot aan het stuk zal zijn.

In  manueel  programma    “PRG  0”  wordt  de  boogspanning  bepaald  door  een  waarde 

in te stellen die geschikt is voor de geselecteerde snelheid van de draad volgens de 

volgende verhouding:

U

2

 = ( 14+0,05 I

2

 ) waar:

-  U

2

 = Boogspanning in volt.

-  I

2

 = Lasstroom in ampère.

Er  rekening  meehouden  dat  de  geselecteerde  waarde  van  spanning  leeg  zal 

overeenstemmen met een lagere spanning (in lassen) van 2-4V met lading .

De vernauwing van de boog daarentegen bepaalt de concentratie  of grootte van de 

boog,  het  veld  van  regeling  van  deze  parameter  is  van  -10%  tot  +10%  van  diegene 

ingevoerd  voor  default  van  de  programma’s.  Hoe  hoger  deze  waarde  en  hoe  meer 

geconcentreerd de boog zal zijn. 

6.1.5 WERKING BI-LEVEL EN PULSE ON PULSE

De werking bi-level:

 wordt ingesteld met de toets 

(FIG. D (8))

 en kan geselecteerd 

Полезные видео

Характеристики

Оцените статью
tehnopanorama.ru
Остались вопросы?

Не нашли свой ответ в руководстве или возникли другие проблемы? Задайте свой вопрос в форме ниже с подробным описанием вашей ситуации, чтобы другие люди и специалисты смогли дать на него ответ. Если вы знаете как решить проблему другого человека, пожалуйста, подскажите ему :)

Задать вопрос

Часто задаваемые вопросы
Как посмотреть инструкцию к Telwin INVERPULSE 425 MIG TIG MMA?
Необходимо подождать полной загрузки инструкции в сером окне на данной странице
Руководство на русском языке?
Все наши руководства представлены на русском языке или схематично, поэтому вы без труда сможете разобраться с вашей моделью
Как скопировать текст из PDF?
Чтобы скопировать текст со страницы инструкции воспользуйтесь вкладкой "HTML"