TESY CN 04 250 EIS W 304190 - Инструкция по эксплуатации - Страница 201

Gebruikers - en opslaghandleiding van paneelconvector

201

Nederlands

NL

Functie “Reset van de fabrieksinstellingen“

Als de convector uitgeschakeld is, druk gelijktijdig 

op de knoppen   en   voor zes seconden – op de 

display begint „_ _ __“ te knipperen en de symbolen 

beginnen te draaien. Wanneer de fabrieksinstellingen 

hersteld zijn, toont de display de gemeten waarde van 

de kamertemeratuur.

Na de “Reset”-functie moet u opnieuw de onderstaande 

functies instellen:

 •

de klok gelijkzetten

 •

de waarde van de temperatuurcorrectie vaststellen 

(indien nodig)

 •

deactiveren van de modus “Vorstbeveiliging” (indien 

nodig)

 •

deactiveren van de Adaptieve start (indien nodig)

 •

“Weekporgramma – 24/7” instellen

Als de voeding van de elektrische convector 

uitgeschakeld wordt, zal dat de ingestelde temperatuur 

en de werkmodus niet veranderen. Bij voorbeld als het 

toestel in de modius “

Verwarming

” uigeschakeld wordt, 

zal het na de inschakeling opnieuw in deze modus met 

dezelfde ingestelde temperatuur blijven werken.

Het principe van de elektrische convector met 

energieonafhankelijk geheugen is de instellingen 

gegarandeerd tot 90 minuten en niet gegerandeerd tot 

150 minuten te behouden.

Als de kamertemeratuur lager is dan de gewenste wordt 

de convector ingeschakeld en blijft werken totdat de 

kamertemperatuur de gekozen waarde bereikt. Als de 

kamertempetaruur hoger is dan de ingestelde waarde, 

zal de convector automatisch overschakelen naar de 

modus “Gereed”.

Weergegeven informatie op de display

Indicatie als de convector niet ingesteld is:

a. 

In modus “Uit” – weergave achtereenvolgens van: 

 •

klok (uur en minuten)

 •

de gemeten kamertemperatuur

b. 

In modus “Verwarming” – toont de gemeten 

kamertemperatuur

c. 

In modus “Weekprogramma” – weergave 

achtereenvolgens van:

 •

dag van de week, laag streepje en de gemeten 

temperatuur 6_22

 •

dag van de week, laag streepje en knipperende 

ingestelde temperatuur (voor de desbetreffende 

tijdstip), dat ook het symbool OFF kan zijn 6_23

d. 

Na de aansluiting van de convector aan het 

elektriciteitnet verschijnen op de display:

 •

streepjes “----“ als op het moment van de 

uitschakeling van de elektrische voeding het toestel 

“uit” was.

 •

streepjes “----“ die na twee seconden worden 

vervangen door de huidige temperatuur, als op het 

moment van de uitschakeling van de elektrische 

voeding het toestel “aan” was.

e. 

Twee cijfers (01÷96) in combinatie met knipperende 

gele lichtje, die de resterende tijd in uren tot de 

uigestelde start aanduiden, als op het moment van de 

uitschakeling van de elektrische voeding het toestel in 

modus “Uitgestelde start” was.

f. 

Voor bijvoegelijke energiebezuininging vermindert 

de elektrische thermoregelaar de lichtsterkte van 

alle indicators. Bij drukken op een willekeurige knop 

neemt de lichtsterkte voor 8 seconden toe, waarna die 

opnieuw zwakker wordt.

g. 

Als op de display “t0“ of “t1“ verschijnt, betekent 

dat het systeem een probleem in de thermosensor 

heeft ontdekt. “t0“ betekend beschadigde kabel en 

“t1“ – kortsluiting van de sensor. In dit geval moet 

de convector uitgeschakeld worden en die kan 

opnieuw ingescjaled worden na verwijdering van het 

defect. De storing moet verholpen worden door een 

gekwalificieerde technicus.

h. 

Bij aansluiting van de elektrische voeding zullen 

binnen 2 seconden op de display streepjes “---“ 

verschijnen in plaats van temperatuur en tijd.

i. 

Wanneer de display de temperatuur toont, brandt de 

“LED voor temperatuur”, als het scherm de tijd tot de 

uitgestelde start weergeeft, brandt de “LED voor tijd”.

BESCHERMING 

 •

Dit toestel is voorzien van een beschermende 

thermo-uitschakelaar die automatisch de 

verwarmer uitschakelt in geval van een verhoogde 

temperatuur binnen de convector boven de 

toegelaten waarden (met name oververhitting van 

het toestel).

 •

De beschermende thermo-uitschakelaar herstelt 

automatisch de werking van de convector zodra de 

temperatuur van het toestel onder de toegelaten 

waarden daalt.