Marina CMA 25 HL - Инструкция по эксплуатации - Страница 42

42

POMP MET 2-TAKT BENZINEMOTOR

GEBRUIKSINSTRUCTIES

2-takt benzinemotoren
Vullen van de brandstoftank
We raden het gebruik aan van een mengsel van octaan 95 Loodvrije benzine en geschikte
"TC" API synthetische kwaliteitsolie voor 2-takt benzine in een verhouding van 4% (200
vierkante centimeter olie voor elke 5 liter benzine).
Voor andere oliën van 2-takt motoren: Verhouding van 5%.

Inlopen: 

5% olie gedurende 20 tot 30 uur met 1/2 - 3/4 belasting.

Luchtfilter met oliebad:

 vullen met SAE-30 olie tot het maatstreepje in het oliecarter.

Regelmatig reinigen volgens de hoeveelheid stof in de omgeving.

MOTOR OPSTARTEN

I- Koude motor

1 – Het brandstofkraantje openen.
2 – Accelereren tot 1/4 -1/3 van de mogelijke belasting. De versnellingsbak (indien
aanwezig) in neutraal zetten.
3 – Druk op de carburatorknop en houd deze ingedrukt tot er brandstof uitstroomt. Of
de starter oplichten.
4 – Met behulp van de repeteerstarter voorzichtig aan de greep trekken tot u weerstand
voelt; dan een hardere ruk in de juiste richting geven. Als de motor start, de koord laten
terugwikkelen en daarbij de greep vasthouden.
5 - Als geen repeteerstarter is gemonteerd, de koord op de riemschijf wikkelen en dan
hard trekken. Zodra de motor is gestart, deze enkele minuten laten opwarmen (de starter
laten zakken).

II - Warme motor

Dezelfde richtlijnen volgens als in punt "1", maar wel opletten dat u de carburatorknop
niet indrukt. De starter niet verwijderen.

DE MOTOR STOPPEN

1 – De motor in vrijloop laten draaien gedurende enkele minuten; de versnellingsbak
van de machine (indien gemonteerd) in vrijloop zetten.
2 – De brandstofkraan sluiten en de stopknop indrukken tot de motor stopt.
Als de motor enige tijd niet zal worden gebruikt, sluit dan de brandstofkraan en wacht
tot de motor stilvalt wanneer de carburator leeg is.

PROBLEEMVERHELPINGSGIDS

Probleem

1 – Brandstofkraan dicht.
2 – Brandstoftank leeg
3 – Motor verzopen.

4 – Bougie vuil, koolstofafzettingen op de
elektroden.

Te grote afstand tussen elektroden.
5 – Carburator of zijn sproeier is vuil.
6 – Ontstekingskabeluiteinde versleten.
7 – Elektronische ontstekingsspoel defect

DE MOTOR START NIET

Oplossing

1 – Open de brandstofkraan.
2 – Vul de tank.
3 – Sluit de brandstofkraan.
Maximaal accelereren, meerdere keren
starten. Indien nodig bougie verwijderen en
reinigen.
4 – De bougie schoonmaken en ontdoen van
koolstofafzettingen; de opwarmingslimietwaarde
nakijken
De elektroden dichter bij elkaar brengen.
5 – Grondig schoonmaken.
6 – Uiteinde vervangen.
7 – Spoel vervangen.